
Waarheid in een informatiemaatschappij
Het behoeft geen betoog dat waarheid een belangrijk en kostbaar goed is. Begrippen als
alternatieve feiten, nepniews, deepfakes zetten de waarheid onder druk. Hierdoor lijkt de relatie
met de waarheid in onze moderne tijd steeds ingewikkelder te worden. Ondanks dat informatie
slechts één zoekopdracht van ons verwijderd is, voelt de afstand tot de waarheid misschien wel
groter dan ooit. Technologische ontwikkelingen – met name op het gebied van de
informatiemaatschappij – lijken belangrijke aanjagers voor dit proces. Vanuit stichting Techthics
richten wij ons op een bezinning van deze technologische ontwikkelingen.
The Medium is the Massage
Afgelopen juni organiseerde stichting Techthics een expert-avond rondom het thema “Feiten,
Fictie, Fake – Techniek en onze blik op de werkelijkheid”. Op deze avond werden
beroepsprofessionals en andere geïnteresseerden uitgenodigd om te discussiëren over de
informatiemaatschappij. De inleiding van Steef de Bruijn, hoofdredacteur van het Reformatorisch
Dagblad, stond hierin centraal. De Bruijn verduidelijkte dat informatievoorzieningen (media) ons
(de samenleving) soms ‘masseren’. Dit betekent dat media ook hun eigen agenda hebben en echte
objectiviteit niet bestaat. De Bruijn verwees hierbij naar de Canadese filosoof Marshall McLuhan
die dit idee in jaren ‘60 poneerde in zijn boek The Medium is the Massage: An Inventory of Effects. De
Bruijn verduidelijkte niet alleen het masserende karakter van de media, maar stelde ook de vraag
wat dit betekent voor de waarheid en hoe wij hier mee om moeten gaan. (Een terugblik op deze avond vind je hier)
Waarheid, werkelijkheid en transcendentie
Om die vragen te beantwoorden moet eerst het begrip “waarheid” geduid worden. De vraag ‘wat
is waarheid?’ is namelijk geen eenvoudige vraag. Het eerste probleem waar we op stuiten is het
onderscheid tussen waarheid en werkelijkheid. Vaak omschrijven we zaken uit de werkelijkheid
als waarheid (bijvoorbeeld het is waar dat de aarde rond is, dit is uit observatie gebleken), maar
waarheid is niet exact hetzelfde als de werkelijkheid. Zo kan iemand bijvoorbeeld geloven in een
transcendente waarheid, d.w.z. een waarheid die uitstijgt boven het eigen verstand. Deze
waarheid zal niet te meten of te observeren zijn in de werkelijkheid, maar wordt wel gezien als
een reële werkelijkheid. Het onderscheid tussen waarheid en werkelijkheid zorgt dus voor
verschillende benaderingsmogelijkheden. Hiermee wordt bedoeld dat er verschillende manieren
zijn waarop men probeert waarheid en werkelijkheid met elkaar te verbinden. Dit gebeurt binnen
bepaalde kaders van de waarheid, bijvoorbeeld een empirisch of ontologisch kader. Een empirisch
kader van de waarheid betekent dat men waarheid probeert te ontdekken door empirisch
[toetsbaar en reproduceerbaar] onderzoek te verrichten. Het ontologische kader claimt echter een
waarheid die vaststaat achter alle dingen, een waarheid die schuilgaat achter alle zaken die
ontologisch d.w.z. die werkelijk zo is.
Een ander onderscheid dat zich voordoet, is het onderscheid tussen waarheid en
Waarheid. Waarheid met een kleine letter duidt op een andere waarheid dan Waarheid met een
grote letter. Het verschil hiertussen wordt veroorzaakt door het verschil tussen een immanent en
een transcendent wereldbeeld. Een immanent wereldbeeld veronderstelt dat alle zaken immanent, in
zichzelf besloten liggen, terwijl een transcendent wereldbeeld veronderstelt dat er zaken zijn die
zichzelf overstijgen. Een religieuze waarheid is bijvoorbeeld een transcendente waarheid, omdat deze
waarheid het menselijk verstand overstijgt. Een wetenschappelijke (empirische)
waarheidsopvatting kan echter ook transcendent zijn door te verwijzen naar een bepaalde (op
wetenschap gebaseerde orde) die de mensheid overstijgt. Denk hierbij aan Aristoteles’
onbewogen beweger. Aristoteles bedreef de wetenschap en probeerde terug te gaan naar de
oorzaak van alle dingen. Vanuit zijn logica dat elk gevolg een oorzaak moet hebben, kent het
universum een eerste oorzaak, de oorzaak van alle dingen die in zichzelf besloten ligt. Vandaar de
onbewogen beweger, oftewel de beweger die alles in beweging heeft gezet, maar de oorzaak van
zijn bestaan in zichzelf vindt.
Als laatste is het belangrijk om te begrijpen dat er ‘vaste’ en ‘losse’ kaders van de waarheid
bestaan. Dat wil zeggen dat er kaders zijn waarin waarheid onveranderlijk en absoluut is, en
kaders waarin waarheid juist veranderlijk en relatief is. In dit eerste kader is de link naar religie
eenvoudig te maken. Woorden als “onveranderlijk” en “absoluut” passen namelijk in de
religieuze sfeer. In deze vaste kaders wordt een exclusieve waarheidsclaim gemaakt. Oftewel:
enkel de eigen waarheid heeft bestaansmogelijkheid. Zo claimt een religie bijvoorbeeld de
Waarheid in pacht te hebben. Het losse kader beargumenteert het tegenovergestelde. Als men
namelijk beargumenteert dat er geen vast kader is dat vormgeeft aan de waarheid, is de waarheid
gevoelig voor meerdere, misschien zelfs willekeurige, interpretaties.
Waarheidskaders
Maar wat is nu precies de relatie tussen de informatiemaatschappij en het begrip waarheid? Als we
uitgaan van een vast waarheidskader, betekent de massage van de media een afbreuk van de
Waarheid. De Waarheid staat namelijk vast, er is dus maar één correct antwoord. Massage,
afwijking, of vertaling, zou daarom automatisch afbreuk doen aan de Waarheid. Uiteraard kan
men wel streven om zo dicht mogelijk bij de Waarheid te blijven, maar de Waarheid in pacht
hebben lijkt in deze optie niet mogelijk te zijn. Wel is het in de informatiemaatschappij mogelijk
om allerlei informatie te zoeken die bij zou kunnen dragen aan jouw idee van Waarheid. Het
nadeel hiervan is dat men blind wordt voor andere (mogelijke) vormen van Waarheid. Er is
immers maar één Waarheid en als ik die in pacht meen te hebben, heeft de ander met een iets
afwijkende opvatting deze dus niet in pacht.
Uitgaande van een relativistische waarheidsopvatting is het perfect mogelijk om meerdere
varianten van de waarheid te hebben. Waarheid is immers niet vastomlijnd en houdt daarom de
mogelijkheid open voor meerderen varianten. In dit geval is de tegenstelling tussen waarheid en
onwaarheid minder sterk aanwezig, of wellicht geheel afwezig. De masserende media zijn dus
enerzijds minder problematisch omdat elke afwijking zich kan vinden in een andere variant van
de waarheid, maar creëren hierdoor wel polarisatie en verdeling in de samenleving. Neem
bijvoorbeeld de opkomst van alternatieve feiten onder Trumps presidentschap. Wanneer een
groep mensen alternatieve feiten presenteert, ontstaat er een alternatieve versie van de waarheid
die zelf ook tot waarheid verheven wordt. In het relativistische perspectief zouden vervolgens
beide versies een waarheidsclaim kunnen maken en ‘waarheid bezitten.’
Waarheidskaders en de informatiemaatschappij
Eén van de kenmerken van de informatiemaatschappij is de massale aanwezigheid van
informatie. Deze massale vergaring en verwerking van informatie zorgt voor grote sprongen in de
ontwikkeling van de mensheid en hiermee vaak ook de epistemologische waarheid. De
epistemologische waarheid komt overeen met de waarheid die gevonden wordt in de discipline
van de epistemologie (kennisleer). De wetenschap is hierin een belangrijk criterium geworden. De
epistemologische waarheidsopvatting wordt daarom ook steeds meer een ontologische
waarheidsopvatting. In essentie is hier niets mis mee. Het nadeel van een overlappend
epistemologisch en ontologisch waarheidsparadigma is echter de hardnekkigheid in de zin dat het
een absoluut dominant kader wordt. Hiermee lijkt het wetenschappelijke waarheidsparadigma
weinig af te wijken van religieuze waarheidsparadigma’s.
Een manier waarop de informatiemaatschappij het waarheidsbegrip nadelig beïnvloedt is
dat verschillende waarheden los van elkaar gaan leven en voor verdeeldheid zorgen. Waar het
enerzijds een gevaar is om een dominant waarheidsparadigma te verkondingen, zorgt relativisme
voor polarisatie. Als iedereen zijn eigen waarheid heeft, valt alle gemeenschappelijke grond weg.
Vooruitgang, democratie, tolerantie, vrijheid en andere belangrijke maatschappelijke begrippen
komen hierdoor in het gedrang. Er is dus een omgang met de waarheid nodig waarin zowel vaste
als relativistische waarheidsparadigma’s kunnen bestaan zonder te vervallen in een van de
extremen. Een oplossing hiervoor zou kunnen zijn om liefde boven de waarheid te stellen.
Liefde boven de waarheid
Waar enerzijds snel een te dwingende waarheidsclaim wordt gedaan binnen het vaste
waarheidsparadigma, is het alternatief van waarheidsrelativisme evenmin aangenaam. De
informatiemaatschappij versterkt enerzijds de dominantie van bijvoorbeeld het wetenschappelijke
kader door het succes van wetenschap te verbinden aan de toename van informatie. Anderzijds
zien we ook dat zowel het selectieve gebruik van informatie als het inzetten van desinformatie
ingrediënten vormen voor maatschappelijke versplintering en polarisatie. Het is daarom de
uitdaging om in deze zee van informatie waarheid te vinden en te respecteren als zijnde vast en
relatief.
Liefde boven de waarheid stellen zou een manier kunnen zijn om het evenwicht te
herstellen. Door liefde boven de waarheid te stellen kan men zich nog steeds op de (W)waarheid
richten, maar worden uiteindelijke waarheidsclaims genuanceerd door (naasten)liefde boven het
vaak toch zo onzekere gelijk te stellen. In zekere zin betekent dit een deradicalisering van de
waarheidsclaim om zo de ruimte te creëren voor de open ruimte, een balans, waarin
waarheidsparadigma’s niet absoluut geldend worden. Voor ons alledaagse leven is het cruciaal
waarheid te benaderen vanuit een balans. Dit betekent niet dat de eigen waarheid relatief gemaakt
moet worden of juist vise versa, maar vraagt wel om bezinning en voorzichtigheid. Kunnen we de
liefde boven de waarheid stellen voor mensen met een andere mening of overtuiging, zelfs als we
overtuigd zijn van onze eigen overtuigingen en deze overtuigingen en meningen constant gevoed
worden met informatie? Bestaat er in de informatiesamenleving een waarheidskader waarin
verschillende ‘waarheden’ kunnen bestaan zonder afbreuk te doen aan de (W)waarheid? Het
antwoord op de vraag ontbreekt, maar het stellen, en serieus nemen, van de vraag duidt op het
begin van de mogelijkheidsvoorwaarde.
Door Techthics commissielid content & onderzoek, Bart Leenman.